Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Welken de hemel moet [33]ontvangen [34]tot de tijden der wederoprichting aller dingen, die God gesproken heeft door den mond van al Zijn heilige profeten [35]van [alle] eeuw. 33. Dat is, ontvangen hebbende, behouden. 34. Dat is, tot den dag des algemenen oordeels, op welken alle dingen, dienu om der zonden wil der ijdelheid onderworpen zijn, weder terecht zullen gebracht en hersteld worden; Rom.8:20; 2 Petr.3:13, of, totdat alles volkomen zal vervuld zijn, wat door de profeten is voorzegd geweest. 35. Dat is, eertijds in voortijden; of van het begin der eeuwen; Joh.9:32. Onder dezen is ook geweest Enoch; Jud.:14.